Portaalsite voor de échte zeeaquariaan

Zoeken op de site

Algen en wieren.

Algen en wieren zijn worden vaak benoemd met de naam “plant”. Wieren en algen lijken misschien wel op planten maar dat zijn ze niet. In onze aquaria zien we ze niet zo vaak meer, maar vroeger toen steenkoralen en dergelijke nog niet gehouden konden worden was het een kunst om zoveel mogelijk algen en wieren te houden en deze te snoeien gelijk een bonsai boompje.



De bakken bevatten toen nitraat en fosfaat maar dit werd in mooie, rijk gevulde bakken met algen en wieren vaak onder controle gehouden. De aquariums van tegenwoordig zijn voornamelijk bevolkt met koralen. Zo nu en dan kom je nog wel ergens een algje of een wiersoort tegen wat meestal spontaan uit het levend steen gekomen is. Het houden van wieren en algen moeten we toch eens nader onder de loep nemen omdat het ons zeeaquarium zeker en vast kan verfraaien! Enkele algen zien we zelf terug in bijna elk zeeaquarium! Echter hier is niet het besef van omdat deze niet op een ‘plant’ (wier of alg) lijken. Misschien is de benaming zeewaterplanten toch juist? Of niet? 


                        
Halimeda copiosa een kalkwier soort. Goede Kh, Ca, Mg waarden zijn gewenst

Algen en wieren geen wereld van verschil! 

We hebben twee woorden en twee termen. Wat is nu juist? Deze twee worden vaak in verschillende contexten gebruikt wat enige verwarring doet ontstaan. Eigenlijk zijn beide min of meer gelijk. Enkel denken wij met algen aan slechte dingen en wieren aan meestal goede dingen. Je hoort vaak zeggen: “ ik heb last van alg, alg en nog eens alg” je krijgt zo meteen een afkeur van dat woord. Terwijl we aan wieren denken, beelden we ons vaak een mooi bosje roodwier in of een struik Caulerpa. Anderzijds wordt het woord alg vaak in zoetwater gebruikt en het woord wier in zeewater. Bij de naamgeving zien we dat het woord wieren vooral gebruikt wordt bij blauwwieren, groenwieren en kiezelwieren. We gebruiken verder gewoon het woord wieren en/ of algen.

Classificatie en anatomie

De groep van de wieren en algen bevat veel verschillende organismen met sterke en grote verschillen. Waarom behoren ze tot de wieren en algen? Ze hebben allen enkele gemeenschappelijke kenmerken. Wieren en algen leven allemaal in een vochtige omgeving of in het water (in ons geval marien) en hebben allemaal chloroplasten (dit zijn kleine korrels die zich in de cellen bevinden waaruit het wier is opgebouwd. Deze korrels zorgen voor de fotosynthese). De wieren verdelen we verder onder in verschillende groepen.

1.      We hebben de Prokaryoten die geen kern bevatten. We onderscheiden hier de blauwwieren (cyanobacteriën). 
De eukaryote die wel een kern bevatten. De eukaryote kunnen we weer verder onderverdelen in wieren die bestaan uit één cel dus de eencellige of de meercellige. 

  

In theorie is dit nog een complexer gegeven maar het is niet nodig om hier verder op in te gaan, we zijn immers geen wetenschappers. Het is nu ook de moment om voor eeuwig het fabeltje stop te zetten dat wieren en algen  gelijk staan aan planten zoals in onze woonkamer. Algen en wieren mogen vaak sprekend op planten lijken maar wanneer we deze nader gaan onderzoeken merken we op dat de inwendige opbouw veel eenvoudiger is dan die van bij planten.
Ook langs de buitenkant zien we een hoop verschillen. We merken geen bladeren, stengels, bloemen, wortels op (ook al lijkt het erop) maar we spreken hier over de term ‘thallus’. De thallus is de verzamelnaam voor de zogezegde bladeren, stengels van het wier/ alg. De thallus van de algen en wieren zijn vrij buig- en rekzaam om dat wieren en algen meestal voorkomen in baaien en ondiepe wateren. De thallus is dan ook bestand tegen hogere temperaturen en één krachtige waterbeweging. U zal u nu misschien afvragen hoe wieren en algen zich kunnen redden in dat woeste water. De natuur is ons altijd een stapje voor en heeft er voor gezorgd dat wieren beschikken over een hechtdraden/ schijven.

Hiermee kunnen zij zich vasthechten aan een vaste ondergrond.  Door deze hechtdraden kunnen ze de beste plaatsjes veroveren om zo goed profijt te hebben van het licht waar de bladgroenkorrels aan fotosynthese kunnen doen. Het wordt nu nog allemaal ingewikkelder als we ook over roodwieren, blauwwieren, groenwieren, goudwier, geelwier en dergelijke gaan spreken terwijl we net het bladgroen aanhalen. Deze korrels dragen de naam groen maar er is meer. De kleurbepaling hangt af van de stof die het meest aanwezig is voor de fotosynthese.

Elk algje en wier bevat bladgroen (chlorofyl) maar er kan een andere stof aanwezig zijn die overheerst en die vaak groene, gele, rode en andere pigmenten hebben. we zien dan ook wieren met uiteenlopende kleuren zoals rode, groene, bruine enz. De chlorphyl helpt de wieren zelf voedingsstoffen te produceren zoals suikers. De werkelijke classificatie en biologie van deze groep is zeer complex. Allen de voortplanting van wieren zou de pan al uit rijzen en is niet echt van toepassing voor ons als aquariaan. Om u een idee te geven een tabel met alle wieren en hun gegevens:

Afdeling Nederlandse naam

Afdeling(en) wetenschappelijke naam

Geselwieren

Ø      Euglenophyta

Roodwieren

Ø      Rhodophyta

Pantserzweephaarwieren

Ø      Dinphyta

Heterokontophyta kiezelwieren

Ø      Bacillariophyceae

Heterokontophyta geelgroene wieren

Ø      Tribophyceae

Heterokontophyta bruinwieren

Ø      Phaeophyceae

Groenwieren

 

Ø      Chlorohyceaevolvocales

 

Ø      Chlorophyceaeoedigoniales

 

Ø      Trebouxiophyceaechlorellales

 

Ø      Ulvopgyceae

 

Ø      Cladophorophyceae

Andere groenwieren

Ø      Streptophyta

Jukwieren

Ø      Zygnematales

Sierwieren

Ø      Desmidiales

kranswieren

Ø      Charophyceae

 

                           
Gelidium sp. Lijkend op Caulerpa maar een geheel andere soort die weinig licht vraagt.

En het buitenbeentje

Ø      Cyanobacteriën/ blauwwieren

 

Een prehistorische voorouder in ons aquarium

Ooit lang lang geleden. Nee dit is geen sprookje! Om exact te zijn 3500 miljoen jaar geleden was er een tijdperk dat we ook het Swazian noemen. Over de hele wereld ontstonden er Protista die we later de blauwwieren zouden noemen. De pro-blauwwieren die leefde van voedsel gemaakt door het uitwendig milieu (heterotroof) hebben door endosymbiose in de loop van tijd een andere eencellige in zich opgenomen. Doordat de cyanobacterië  een soort bladgroenkorrel bevat kreeg de andere eencellige de mogelijkheid om zelf suikers en voeding aan te maken. Hieruit zijn de wieren, planten ontstaan maar de blauwwieren blijven zich trotseren! Ze bestaan nog steeds ook in onze aquaria. Blauwwieren dragen de naam van een wier maar eigenlijk zijn het cyanobacteriën en zijn het geen echte algen of wieren.

Wetenschappers discussiëren hier nog vaak over maar wij houden het nu op bacteriën. De bacteriën bevatten een pigment dat blauw, rood - roze kan zijn. Het gaat om phycocyanine en phycoeritrine. Net zoals bij de wieren kunnen er dus verschillende kleuren zijn. Wij hebben vaak te maken met een bacterie met het rode pigment of wel bekend bij ons als rode flap. Deze bacteriën behoren tot een vrij aparte groep en zijn niet altijd schadelijk. Toch bij het horen van cyano of rode flap beginnen veel aquarianen te huiveren en onterecht krijgen alle cyanobacteriën een slechte naam. Dit is echter minder waar bijvoorbeeld de rode zee heeft zijn naam aan deze bacteriën te danken. Door de bloei van deze bacteriën die het water rood doen kleuren.

Omdat deze organismen kunnen leven door stikstof op te nemen is het soms moeilijk om deze weg te krijgen uit onze aquaria. Maar waarom ze elimineren als we ze  soms  toe voegen aan ons aquarium. In elk rifaquarium vind je in deze tijd een doktersvis terug. Deze grazers zijn uitstekende algen en wieren bestrijders bij de opstart van een aquarium. Omdat vaak de algen en wieren op verloop van tijd zijn opgepeuzeld moeten we gaan bijvoeren met groenvoer. Spirulina is een graag gezien product. In elke zeewatermix of droogvoeder mengsel zit dit verwerkt.

Het is echter geen echte alg/ wier maar ook een cyanobacterië! Deze draadvormige variant is overigens een uitstekend voedingsmiddel, het zit niet voor niets in elke mix. Ook in onze koralen komen deze cyanobacteriën voor. Dit in de fotosynthese cellen. En zo hebben we nog tal van cyanobacteriën in ons aquarium waarvan we het bestaan nog niet van weten.

Het algje dat in elk aquarium voorkomt

Sommige aquarianen moeten niets van algen en wieren hebben. Het groeit immers doorheen de gevoelige steenkoralen en bedekt de beste plaatsen waar net dat ene mooie koraal kon staan. We kunnen niet zonder algen en wieren. Elk aquarium bevat zelfs vele alg en wier soorten. Een daarvan is het symbiose algje dat in al onze koralen is gehuisvest er een van. Deze bewoners noemen we ook zoöxanthellen.

Deze cellen doen aan de hand van fotosynthese aan voedselaanmaak voor het koraal. In ruil voor deze aanlevering van voedingsstoffen mogen de algjes veilig in het koraal wonen. We noemen dit ook wel eens een mutualistische symbiose wat staat voor ‘voor wat hoort wat’. Beide partijen hebben profijt van deze samenzwering. Daarnaast gebruiken de zoöxanthellen ook de afvalstoffen van het koraal voor het fotosynthese proces. Het uitroeien van algen en wieren in een rifaquarium is dan ook niet zo eenvoudig. Doormiddel van koper toe te voegen dood je de chloroplasten (bladgroenkorrels) deze staan in voor de voedselaanmaak en wanneer deze weg valt houd het op voor het algje maar ook voor het koraal.

We kunnen algen en wieren dus bestrijden met koper maar dan maken we ook korte meten met onze lagere dieren.  Een ander algje dat een graag geziene gast is de kalkalg. Deze groeit bij goede water parameters weelderig doorheen de bak. Nu heeft het kalkalgje niet bepaald het uitzicht van een wier of een alg daar deze meer lijkt op een korstvormende roze steen. De kalkalg is opgebouwd uit allemaal verschillende cellen die omgeven zijn en beschermd door een kalklaagje. Elke afzonderlijke cel bevat een roze pigment dat samen met chlorofyl aan fotosynthese doet. In het donker zoals onze sump, zullen we dan ook geen kalkalgen aantreffen.

Maar teveel licht is ook niet goed. Kalkalgen beginnen goed te groeien bij juiste en constante Kh, Calcium en magnesium waardes. Wanneer dit rijkelijk en in de juiste hoeveelheid aanwezig is kunnen ze mooie elfenbankjes vormen. Deze plateaus vormen de uitstekende ondergrond voor onze koralen. Er zijn nog tal van algen die voorkomen in ons aquarium zonder dat wij het weten. Wat dacht u van fytoplankton? Of algjes die op bepaalde gorgoontakken leven maar geen symbiose vormen? Zelfs bij sommige vissen vinden we algen terug. Het zeedraakje is een zeer imposant en statig dier dat niet opvalt als deze verscholen zit maar een blikvanger is wanneer deze vrij rondzwemt.

In het wild zijn predatoren (rovers) enorm uit op het mannelijke dier dat op dat moment eitjes draagt. Deze eitjes zijn enorm kostbaar zodat het zeedraakje ze vaak laat overgroeien met allerhande soorten algen en wieren. Algen en wieren vinden we dus overal terug en in ontzettend veel varianten, soorten en vormen het is en blijft een complex gegeven.

 

De alg met een moordlustig verleden (en toekomst?)

Het is niet de bedoeling een moordlustige thriller te gaan schrijven maar het komt dicht in de buurt! We beginnen maar meteen met het ontmaskeren van de dader. Het gaat om een variant van de Caulerpa taxifolia oftewel veertjeswier. In de jaren 70 toen koralen nog niet in het aquarium gehouden werden waren wieren een belangrijk element op het gebied van decoratie. De zoo uit Stuttgart experimenteerde dan ook volop met het houden en kweken van wieren en algen voor de aquaristiek.

Uiteindelijk verkreeg de zoo een wier dat perfect was voor het aquarium. Het groeide enorm snel, kreeg mooi grootte vormen, werd niet echt verorbert door de dieren en het was niet stuk te krijgen! Het wier dat ontstaan was door de tropische Caulerpa taxifolia had een heuse verandering ondergaan. Later bleek dat het DNA (erfelijkheid) patroon van beide varianten niet meer overeen stemde. Het nieuwe wier kan grote temperatuur verschillen aan en overleeft in bijna alle wateren. Het nieuws geraakte snel bekend en dierentuinen stonden in een rij aan te schuiven voor een stek hiervan. ook verkochten aquariumzaken het wier aan hun klanten.

Zo ook kreeg het aquarium van Monaco het wier in hun collectie. Het groeide sierlijk en weelderig door hun tanks. De heer Jacques Cousteau die toen de leiding over het aquarium had wist niet dat hij verantwoordelijk zou zijn voor een regelrechte natuurramp. Het verversen gebeurde door nieuw water uit zee te pompen en het oude water weg te laten vloeien in de zee. Het was onvermijdelijk dat enkele cellen of sporen mee met het water wegstroomde op weg naar de vrije natuur.

Verder was er niets aan de hand tot eind jaren 80. een zekere professor Alexandre Meinesz ging op duiktocht naar een specifiek diertje dat voorkomt in de Middellandse zee. Hij dook langs de muren van het aquarium van Monaco zo de zee in waar het hem letterlijk groen voor de ogen werd! Hij trof een veld aan dat verder ging dan dat hij kon kijken. Heel de zeebodem was bedekt met de nieuwe variant van Caulerpa taxifolia.

Caulerpa serrulata, een iets minder groeiende variant.

Alle andere vegetatie was overgroeit en afgestorven zodat ook de vissen en andere bewoners waren verdwenen. Het wier wordt door weinig tot geen vissen gegeten zodoende de Middellandse zee stil uitdooft tot een groot groen grasveld zonder enig leven. Het bestrijden van het wier is zeer moeilijk omdat natuurlijk vijanden niet voorkomen en het handmatig bestrijden een onbegonnen werk is wanneer weten dat het wier harder groeit dan dat het geplukt kan worden.

Maar het houd niet op. Er zijn nog aquariums die de moord alg huisvesten! Ook in Amerika zijn baaien aan het begroeien met deze alg . zelfs in de Oosterschelde zijn wieren aangetroffen die er niet thuis horen waaronder de variant van caulerpa taxifolia. Wat is nu onze les? Pas op met het vrijlaten, loslaten of weggieten van spullen uit ons aquarium.

Indringer en verdringer

Ongewenste algen kunnen een ware nachtmerrie zijn voor elke aquariaan. Omdat ook deze wieren en algen hun naam waardoen moeten ze niet perse onderdoen. Of we ze graag zien komen is een andere zaak. Vaak komen de ongewenste algen als indringer het aquarium in. Dit kan gebeuren bij een stek of vers levend steen. de minst graag geziene gasten zijn de volgende: draadalgen, kogelwieren (Valonia), pluisalg en Bryopsis. Het heeft niet veel zin om uitgebreid te vertellen hoe en wat deze algen zijn. Een korte uiterlijke beschrijving en enkele bestrijders (verdringers) zijn veel handiger voor menigte aquariaan.

Draadalgen herken je aan lange groene draadjes die in klitten bij elkaar zitten. Het vormt echte tapijten en wanneer het boven water gehaald wordt is het een hoopje groen slijm/ drab. Je kan draadalgen vergelijken met deze uit de vijver of de sloot. Elke alg kan je bestrijden met kopersulfaat maar dit is niet goed (lees zeer schadelijk) voor je koraalsystemen. Als eerste moet je trachten de oorzaak te vinden om deze vervolgens te bestrijden. Een mogelijke actie is het verlagen van de belichtingsduur of het weghalen van voedingsstoffen (door bijvoorbeeld gebruikers in te zetten zoals lederkoralen) zoals nitraat en fosfaat die samen een belangrijk element zijn in de fotosynthese. Wanneer de oorzaak gevonden is en de algen verwijdert moeten worden kunnen we gebruik maken van natuurlijke grazers.

Enkele voorbeelden voor bij draadalgen zijn Diadema zee-egels, Amblygobius rainfordi, enkele doktersvis soorten. Maar ook een krab. Deze is de laatste tijd meer en meer in de handel te zien. Het gaat om de Percnon gibbes. Vaak komend raadalgen op tijdens het rijpen. Geduld is het fundament voor onze hobby en ook in dit proces. Draad en alle andere soorten en algen zijn dan een normaal gegeven wat we gewoon moeten laten passeren. Na een tijd sterven deze af of worden ze opgegeten door je bewoners.

Kogelwieren zijn vaak in het begin gewenst. De toch sierlijk uitziende algen hebben een leuke vorm en kunnen leuke kolonies vormen die echter kunnen gaan overheersen. Wanneer dit een plaag wordt komen de Valonia kogels op onmogelijke plaatsen terecht zodoende ze niet te verwijderen zijn of je moet bijvoorbeeld een mooie kolonie breken waar zon balletje in groeit. Het plat en stuk nijpen van deze kogels heeft geen zin omdat je dan weer geslachtssporen en voedingsstoffen in het water brengt. Het inbrengen van vossenkoppen (Lo vulpinus) en konijnvissen (Siganus sp.)bied vaak succes ook Naso doktersvissen hebben deze alg soms op hun menu staan.

Pluisalg is een heel ander algje. Vaak hebben ook bakken die weinig voedingsstoffen hebben hiermee te maken. Het beste hiervoor zijn turboslakken.

Bryopsis is echter een heel ander verhaal. Deze wiersoort is niet eenvoudig te bestrijden. Het starten met plukken en handmatig verwijderen is een goede optie. Vervolgens kan u met u Kh waarden spelen en eventueel kalkwater toevoegen. Het is een harde strijd tegen dit wier die u zeker kan winnen. Het inbrengen van heremietkreeftjes, dokters (Naso vlamingi die vaak te groot wordt) kunnen een oplossing bieden. Tegenwoordig zien we ook een slak in de winkels verschijnen die deze alg daadwerkelijk op zijn menu heeft staan. Jammer genoeg sterft de slak nadien aan hongersnood. Het gaat om de Trydachia crispata  Het bestrijden van algen is niet altijd even eenvoudig maar de zeewaterspreuk die ook hier geld doet succes aan! Geduld, dat moet je veel hebben bij het bestrijden van de vaak hardnekkige algen en wieren.

Wellicht zijn er nog plaagalgen. De meeste zijn de bestrijden met de voorgenoemde dieren. De rode flap heb ik niet mee opgesomd. Deze is te bestrijden door de oorzaak te zoeken. Vaak is dit nitraat, fosfaat, weinig stroming etc. er zijn producten op de markt die rode flap doen laten verdwijnen. Let erop dat je dan de oorzaak niet weg neemt.

Halymenia florsia (Roodwier - Robijnalg) een roodwier met behoefte aan een goed I2 en Fe gehalte.

De algencultuur

Een algen cultuur gebruiken we voornamelijk bij de kweek. We kweken vaak fytoplankton voor onze jonge dieren maar ook voor onze koralen die dit nuttigen! Over hoe u dit kan kweken kan u meer lezen in het nr. 3 van 2005. in feite kweken we allemaal kleine eencellige algjes. Deze algen culturen zijn meestal groen maar soms ook bruin. Wanneer we deze algjes zouden vergroten merken we allerlei vreemde structuren en uitsteeksels op.

Dit is om de drijfkracht te vergroten om zo bovenaan in het wateroppervlakte vlotjes aan fotosynthese mee te kunnen doen. Met het blote oog zien we dit niet. De grootste zijn die van de groep macroplankton (2mm) hiernaast hebben we ook nog picoplankton (< 2 µm), nanoplankton (<2-20 µm), microplankton (<20-200 µm), mesoplankton (<0.2-2 mm). Een grote verscheidenheid dus. Al deze soorten doen aan fotosynthese de zee staat dan ook in voor de grootste zuurstofaanmaak op aarde!

Darmwier

Wat krijgen we nu? wieren en algen die in darmen voorkomen? Het zout niet gek zijn maar toch gaat het om iets anders. We bestrijden algen en wieren vaak met dieren die het op hun menu hebben staan. De laatste jaren gebruiken we wel eens als vervangend voer het darmwier. Darmwier is een soort waarvan de Japanners en chinezen nori van maken. Ze oogsten dit uit de zee. Economisch is dit een van de topproducten voor de betreffende landen.

De samengeperste wieren worden in vellen verkocht. Moest u eens de kans hebben om in de stad in een Chinese markt zo’n vellen te kopen moet u dat zeker eens proberen! U kan het tussen u algen magneet steken of aan een steen binden en op de bodem leggen. Wist u dat “nori” ook in onze wateren voorkomt? In het Zwin, IJzermonding, etc vinden we dit terug. De Thallus van darmwier is buisvormig en is één cellaag dik. Sommige soorten zijn vertakt en andere weer onvertakt.

Codium fragile, ook wel viltwier genaamd, komt ook bij onze kusten voor en overleeft in tropische wateren.

Samengevat

Wieren en algen zijn een mooie aanvulling op het bestand van een aquarium met enkele leuke bijkomstigheden. Het uitfilteren van nitraat en fosfaat is er hier één van. Deze voedingsstoffen hebben ze dan ook nodig om te groeien en zich te vermeerderen. Dankzij algen kunnen we in ons aquarium vaak kleuraccenten leggen omdat ze meestal een diep groene of rode kleur hebben. wanneer kolonies onder controle gehouden worden met betrekking op de groei zijn ze welkom in ons biotoop. In de natuur komen algen en wieren voor in baaien, havens en afgestorven riffen waar dus geen tot weinig koralen voorkomen maar zo natuurgetrouw zijn de meeste aquariums toch ook niet. 

Bryopsys

Tijdens de opstart krijg je te maken met allerlei soorten algen. De meesten worden gegeten door eventuele dieren die wij in onze aquarium stoppen. Dit dacht ik ook toen ik mijn opgestarte bak vol met groene alg had en dacht dan ook dmv dokters, slakken en kreeftjes dat de alg binnen een aantal weken weg was.

Maar na een aantal weken zag ik geen verschil en de dokters en alle andere dieren aten het niet.

Na een zoektocht welke soort alg het nou uiteindelijk was bleek het te gaan om Bryopsys.

    

Bryopsys   Foto: Eric-Jan Varkevisser                                                                             Bryopsys   Foto: Eric-Jan Varkevisser 

Nu ik wist om welke alg het ging ben ik opzoek gegaan naar een oplossing en het bleek al gauw dat er niet echt een oplossing voor was.

Na veel zoeken kwam ik op een forum waar iemand een oplossing had en dat was het volgende:

Verhoog je Mg naar boven de 1600, zo gelezen zo gedaan.

Ik merkte in de 1e week vrij weinig maar in de 2e week werd het alg lichter van kleur en het was makkelijker te plukken.

Het ging mij niet snel genoeg en ik heb daarom de volgende dieren aangeschaft zodat zij de klus samen met het verhogen van de MG naar boven de 1600 kunnen klaren.

 

  • Elysia crispata (eet bryopsys maar heel langzaam)
  • Diadema zeegegel. (eet voornamelijk de korte algjes)

                          

 Diadema setosum zeegegel  Foto: Germain Leys                                                                    Elysia crispata. Foto By LASZLO ILYES from Cleveland, Ohio, USA - Lettuce Sea Slug, CC BY 2.0,
                                                                                                                                                    https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=3808482

Door dit te doen was ik binnen 3 weken van mijn bryopsys af en het is tot op heden niet weer terug gekeerd. Dus je zou het kunnen samenvatten in de volgende stappen.

  1. Verhoog je Mg naar boven de 1600.
  2. breng de volgende dieren in je aquarium: Elysia crispata, Diadema zeegegel.
  3. plukken.

Door deze factoren te combineren heb ik de plaag onder controle kunnen houden.

Deze methode is niet 100% gegarandeerd dat ze werkt maar mij heeft ze zeker geholpen, op verschillende fora zijn er ook succes verhalen met deze methode.

 

Er zijn ook andere manieren die bij andere mensen succes hebben gehad en dat is het inzetten van een zeehaas (Dolabella auricularia) en het vehogen van de KH waarde, het gebruik van een zeehaas heb ik ook geprobeert maar bij mij heeft het niet geholpen ook hier geld dus niet 100% gegarandeerd.

 

 

Het is altijd de moeite waard om het te proberen.

Zeewater groetjes, Arjen Drenthe.

Inloggen Registreren

Uw account aanmelden

Gebruikersnaam *
Paswoord *
Onthoud mij

Account aanmaken

Velden met een sterretje (*) zijn verplicht.
Naam *
Gebruikersnaam *
Paswoord *
Herhaal paswoord *
E-mail *
Herhaal e-mail *

Foto van de maand

Centropyge Foto Tanne Hoff

Een koppel Rainfordia opercularis in het kweekaquarium van De Jong Marinelife tijdens het bezoek van het ReefSecrets-team in april 2012

Foto: Patrick Scholberg