Dit is een artikel over het houden van koraalvlinders en op het einde zullen we enkele soorten die goed tot redelijk goed houdbaar zijn wat nader bekijken.
Tegenwoordig is het houden van koraalvlinders niet meer zo evident als het vroeger was. De redenen gaven we vroeger al: de prijzen swingen de pan uit de laatste tijd en koraalvlinders passen niet zo goed meer in de tegenwoordige koraalrifaquaria omdat ze zich wel eens aan de sessiele lagere dieren durven vergrijpen.
Als we van in het begin een goede keuze maken, dwz. de juiste soorten uitzoeken valt er ergens wel een mouw aan te passen.
We moeten ons natuurlijk niet wagen aan soorten waarvan algemeen bekend is dat ze niet of nauwelijks houdbaar zijn, dat kunnen we als rechtgeaarde zeeaquarianen en natuurliefhebbers niet meer maken.
De meeste bonafide handelaars hebben dat ook al ingezien en voeren deze onhoudbare soorten zelfs niet meer in.
Toch blijven er nog soorten over die in een goed uitgebalanceerd aquarium met de nodige algengroei een goede kans maken.
Chaetodon mitratus Chaetodon multicinctus Chaetodon ocellicaudus Chaetodon paucifasciatus
foto's: http://www.wetwebmedia.com
Wat hebben koraalvlinders zeker nodig in een zeeaquarium?
De bak moet voldoende groot zijn zodat de dieren genoeg zwemruimte hebben. Minimum 2.00 m x .50 m x .50 m.
Er moeten voldoende schuilplaatsen voorhanden zijn waar ze zich desnoods kunnen terugtrekken bij gevaar of agressie van medebewoners.
Het aquarium moet een weelderige algengroei bezitten, liefst korte groene algen en wieren. De meeste soorten nemen een grote hoeveelheid plantaardig materiaal tot zich terwijl ze de hele dag het substraat afgrazen.
Het aquariumwater moet van uitmuntende kwaliteit zijn, en zeker voldoende zuurstof bevatten. Dus een goede circulatiepomp is onontbeerlijk.
Een veertiendaagse waterverversing van ongeveer 20 % is dan ook essentieel.
Vele soorten leven in redelijk ondiep water tussen de koralen en krijgen in de vrije natuur dus verscheidene uren volle zon. Daarom moet ook het aquarium optimaal verlicht worden.
Een efficiënt biologisch filter, bijgestaan door een goed werkende eiwitafschuimer is prioriteit. Filteren over actieve kool is daarbij een goede hulp.
Liefst houd men koraalvlinders in een speciaal aquarium dat specifiek voor hen ingericht wordt. Men kan hierin nog wel andere vissen houden doch men moet dan wel uitkijken dat de medebewoners niet te groot zijn of worden en dat ze geen vinnenpikkers zijn. Koraalvlinders zijn uiterst gevoelig voor allerhande infecties, zeker wanneer hun huid of vinnen worden beschadigd door andere vissen. Ze sterven dan zeer snel.
Ook moet men goed oppassen voor een infectie door Cryptokarion en Oodinium (witte stip).
Voeding:
Wanneer we koraalvlinders willen houden moeten we ons twee vragen stellen en die ook positief kunnen beantwoorden.
1) Wat eet het dier ?
2) Ben ik in staat om het dier dit voedsel op regelmatige basis aan te bieden?
Kunnen we een van deze vragen niet positief beantwoorden dan zien we beter van ons plan af.
De meeste koraalvlinders zijn voedselspecialisten. Velen eten uitsluitend koraalpoliepen andere uitsluitend sponzen enz.
Deze soorten zijn dus onhoudbaar in onze aquaria.
Doch vele andere soorten KUNNEN op surrogaatvoedsel overgewend worden. Dit wil helemaal niet zeggen dat dit met een soort ALTIJD gaat. Een en ander hangt af van individu tot individu. Bij de ene aquariaan zal bv. een Forcipiger longirostris redelijk snel Mysis of Krill eten, bij een andere zal deze soort liever sterven dan enig surrogaatvoedsel aan te nemen.
In ieder geval heeft men bij het overwennen van koraalvlinders het meeste succes met levend voedsel (Mysis, krill, muggenlarven enz.) of klein gemaakt mosselvlees. Wanneer ze volledig overgewend zijn willen ze wel eens een vlokje droogvoer pakken.
Let er vooral op bij de aankoop dat de dieren niet beschadigd zijn en niet te sterk vermagerd. Dieren die boven de kop ingevallen zijn, zijn gewoonlijk ten dode opgeschreven.
Beginnende aquarianen raden we echter het houden van Koraalvlinders formeel af. Indien
U nog geen ervaring heeft met het zeeaquarium of uw aquarium is niet biologisch in
evenwicht en redelijk van algen en wieren voorzien dan is het praktisch onmogelijk om
deze soorten gedurende een aanvaardbare periode in leven te houden.
U bespaart uzelf zo veel geld en wat nog belangrijker is U bespaart de dieren veel leed.
Enkele soorten die voor het aquarium in aanmerking komen.
Chaetodon auriga: Oogvlekkoraalvlinder
Hiervan zijn er drie ondersoorten:
Chaetodon auriga auriga uit de Rode Zee, heeft bij volwassen leeftijd geen oogvlek meer.
Chaetodon auriga setifer en Chaetodon auriga sebanus beiden uit de Indische en Stille
Oceaan. Men twijfelt of setifer en sebanus geen sekseverschil uitmaken.
Wordt aanzien als een der best houdbare en robuuste koraalvlinders.
C. auriga past zich zeer snel aan aquariumomstandigheden aan. Wat de voeding betreft zijn er weinig problemen, ze eten praktisch alles wat aangeboden wordt, zelfs droogvoer. Durven soms wel eens aan zeeanemonen en kokerwormen pikken.
Ze zijn zeer actief en weinig schrikgevoelig. Kunnen in het aquarium wel agressiviteit tentoonspreiden tegenover soortgenoten en vissen met hetzelfde kleurpatroon (vb. C. falcula)
Het samenhouden met agressieve vissen zoals Balistidae is af te raden.
In een groot aquarium (+1- 2,50 m) kunnen ze soms als paartje gehouden worden.
Bereikt in de natuur een lengte van wel 23 cm doch blijft in het aquarium veel kleiner (15 cm). Volwassen exemplaren vertonen een verlengde wimpel aan de achterste zachte rugvinstraal.
Chaetodon mertensii: (Chaetodon chrysurus) Roodstaart koraalvlinder.
Alhoewel C. chrysurus overbekend is, is het geen geldige naam. De juiste wetenschappelijk naam is Chaetodon mertensii.
Er bestaan ook drie nauw verwante soorten.
C. mertensii die hoofdzakelijk op het Grote Barrière rif en in de wateren rond Nieuw Guinee voorkomt.
C. xanthurus, van de Filippijnen en C. paucifasciatus die in de Rode Zee zwemt. Deze soorten zijn in het aquarium redelijk goed te houden daar ze hoofdzakelijk plantaardige kost tot zich nemen.
Wordt in het aquarium tot 13 cm groot.
Hebben een goed begroeid aquarium nodig met voldoende algen en korte wieren.
Blijft in het aquarium echter lange tijd schuw. Drukdoende en agressieve vissen zijn dus uitgesloten.
Chaetodon colare.Witkraagje
Is een koraalvlinder uit de Indische en Stille Oceaan.
Leeft daar vooral in schoolverband en wordt zo’n 17 cm groot.
Blijkt een zeer goed houdbare soort te zijn en kan in grote aquaria in schoolverband
gehouden worden. Weigert in het begin nogal eens surrogaatvoedsel maar eens gewend neemt hij mettertijd allerlei levend en soms dood voedsel aan.
Is echter niet geschikt voor een lagere dierenaquarium daar hij zich aan kokerwormen en anemonen zal vergrijpen.
Chaetodon falcula Kegelvlek Koraalvlinder
Leeft in de Rode Zee, de Indische en Stille Oceaan.
Wordt tot 20 cm groot en leeft vooral paarsgewijs.
Is in grote mate te vergelijken met C. colare en C. auriga wat de verzorging en de voeding
betreft. Heeft echter veel groenvoer nodig.
Chaetodon melannotus Zwartrug Koraalvlinder.
Leeft in de westelijke Stille Oceaan en groeit uit tot 15 cm.
Een van de “sterkste” koraalvlinders.
Eet in de natuur soft- en steenkoraalpoliepen en zal dat in een aquarium ook doen.
Niet geschikt dus voor een rifaquarium.
Nogmaals : zeker te mijden zijn:
Chaetodon trifasciatus, C. larvatus, C. octofasciatus, C. trimaculatus.