Microbiologen van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) en het Marine Biological Laboratory (MBL) in Woods Hole, Verenigde Staten hebben vastgesteld dat er wel 20.000 verschillende soorten bacteriën in een liter zeewater zitten. De resultaten van het onderzoek zijn in aug 2006 gepubliceerd in het prestigieuze Amerikaanse tijdschrift 'Proceedings of the National Academy of Sciences' (PNAS).
Een Nederlandstalige bespreking vind je op
http://www.nwo.nl/nwohome.nsf/pages/NWOA_6S9H54
|
Foto EdgarDonkervliet: Acanthurus sohal (Rode zee doktersvis)
Het verteringsmechanisme van Doktersvissen is nog niet zolang bekend. Speciale micro-organismen leven met elkaar in symbiose. Het verteringswerk wordt uitgevoerd door bacteriën en dinoflagellaten in samenwerking met Protisten. Deze laatsten blijven langer dan andere micro-organismen in de maag van de Doktersvissen. Men vindt ze in aantallen van 20.000 tot 100.000 per ml in de maaginhoud. Slechts 2 tot 3 uur hebben ze nodig om hun werk te doen. Die korte tijd is ook de reden waarom Doktersvissen die sterk vermagerd uit een transport komen soms ten dode opgeschreven zijn. Het lang vasten zorgt voor een lege maag en het afsterven van de noodzakelijke micro-organismen. Is geen voeding in de darmen aanwezig dan sterft de darmfauna af. Dit wordt soms in de hand gewerkt door de antibiotica kuren die in de groothandel gebruikt worden. Breng je later die vissen in uw aquarium dan eten ze wel vlug maar hun verteringssysteem is vernietigd. Ze sterven een hongerdood terwijl ze toch voldoende eten.
Maar meestal loopt het niet zo’n vaart want de natuur “legt” soms nog iets om het hoekje. Je hebt het waarschijnlijk reeds opgemerkt, Doktersvissen eten graag de ontlasting van hun medebewoners op. Daarin komen resten voor van de darmfauna van hun collega’s en dat kan best van betere kwaliteit zijn. Je kan deze rare eetgewoonten nu wel begrijpen !
|
Introductie
Bij het initieel bevolken van een aquarium gebeurt het geregeld, daarna af en toe nog: het introduceren van nieuwe vissen in een reeds bevolkt aquarium. Vanwege volgende factoren dienen we de nodige aandacht te schenken aan het toevoegen van nieuwe bewoners aan een bestaande populatie.
Vele vissen vormen een territorium
De ruimte die wij de dieren bieden is een fractie ten opzichte van hun natuurlijk leefgebied
Bijhorende consequenties hiervan zijn dat bij stijgende vispopulatie de ‘persoonlijke ruimte’ per vis daalt en als de huidige bewoners daar een probleem mee hebben we terechtkomen bij een tweede consequentie: vluchten kan voor niemand in het gemiddelde formaat aquarium. Daarom hebben we er alle belang bij dat in het geval van uitbreiding we de nodige aandacht schenken aan het introduceren van de nieuwkomers. Er zijn verschillende methodes om dieren in het aquarium te brengen en we zullen de meest voorkomende hieronder bespreken. Er wordt vanuit gegaan dat bij het inbrengen van de vissen in het aquarium zij reeds werden overgewend aan de waterwaarden (pH, temperatuur, …) van de nieuwe thuis door de druppelmethode of anders.
Opmerking: dit artikel werd geschreven met voornamelijk ervaringen uit de zeewateraquaristiek welke gekend staat om zijn agressieve en territoriale dieren en specifieke decoratiematerialen en –opbouw.
Methode 1: quick and dirty
Deze methode behoeft weinig uitleg: de nieuwe dieren worden zonder bijkomende maatregelen in het aquarium gezet terwijl alle verlichting aan is. De gevolgen zijn evident: de nieuwkomers worden direct opgemerkt en als ongewenste indringers beschouwd want vaak zijn het voedselconcurrenten die als je niet oplet met je territorium en vrouwen gaan lopen. Reactie blijft dus niet uit. Indien het aquarium onvoldoende schuilplaatsen biedt, zullen er onvermijdelijk gevechten ontstaan die meestal slecht uitdraaien voor de nieuwelingen. Zij zijn vaak verzwakt van het transport en hebben nog geen kans gehad aan te sterken. Ook kennen ze de nieuwe omgeving niet.
Deze methode hoeft geen verdere toelichting en wordt zeker niet aangeraden.
Foto: Luc Loyen.
Methode 2: aandacht afleiden
Met deze manier leidt je de aandacht af van de reeds aanwezige vissen door hen te voederen. Indien je het voederen enkele dagen daarvoor gestaakt hebt als voorbereiding van de introductie dan zullen de hongerigen tijdelijk weinig oog hebben voor de vreemde vissen. Deze laatste krijgen dan kans om een veilig plekje te zoeken en een eerste indruk op te doen van de nieuwe leefruimte. Het bijzetten zelf gebeurt dan tijdens de voederbeurt of er vlak na. De gevulde buiken zullen tevens de agressiviteit milderen.
Methode 3: als de nacht is gevallen
Wat je niet ziet, kan je ook niet aanzetten tot actie. Daarom is het ook een manier om de populatie uit te breiden. Vaak zoeken vissen bij nacht een vaste stek op om te ‘slapen’ en daalt hun activiteit (of de mannen moesten achter de vrouwen aan gaan). Als de verlichting een uurtje uit is, voeg je de vissen toe aan het aquarium. Zeker wanneer nachtverlichting aanwezig is, hebben nieuwelingen voldoende kans met betrekking tot de eerste kennismaking van de omgeving.
Methode 4: wijzigen aquariuminrichting
Iets meer werk ten opzichte van de vorige methodes maar gekend om zijn succes is het ingrijpen op de gevormde territoria. Elke vis kent zijn persoonlijke ruimte zeer goed en zal die van nature uit ook met schub en vin verdedigen. Wanneer je de territoriumgrenzen teniet doet door het aquarium opnieuw/anders in te richten, zullen alle vissen – zowel de nieuwkomers als de andere – aan de slag moeten om de ruimte te verdelen. Iedereen krijgt gelijke kansen indien de laatst ingezette dieren niet te verzwakt zijn.
Er zijn twee manieren om tot herinrichting over te gaan:
- de tijdelijke methode: voeg grote, vreemde objecten voor enkele dagen toe aan de inrichting waardoor het zicht doorheen het aquarium verandert. De huidige bewoners zullen dit als een nieuwe omgeving zien. Ik heb aquaria gezien waarbij men als stoorvoorwerpen eetborden gebruikte. Geen zicht maar wel succesvol.
- de definitieve methode: maak gebruik van de reeds aanwezige decoratiematerialen (planten, stenen, hout, …) en richt het aquarium opnieuw in. Deze optie kan enkel als men bereid is de bestaande inrichting op te geven.
Om een grotere kans op slagen te creëren, is het mogelijk om methodes 2, 3 en 4 te combineren. Ook al heeft voornamelijk methode 4 zijn nut bewezen, toch bestaat er een nog betere manier om nieuwe dieren te introduceren met voordelen die we niet in de vorig besproken methodes terugvinden, met name: het introductiebakje.
Methode 5: introductiebakje
Een introductiebakje is niets anders dan een aquarium in een aquarium. Een voorbeeld zijn de drijvende bevallingskamertjes voor levendbarenden (voor guppen, zwaarddragers, …) die we allemaal wel kennen. Het gebruik van zo’n tijdelijke behuizing voor de nieuwkomers is dat …
… zij kunnen wennen aan de bestaande populatie en omgekeerd zonder gevolgen
De dieren kunnen elkaar zien maar niet verwonden. In het begin zullen courante bewoners zeker overgaan tot de aanval maar al snel moeten concluderen dat er geen beginnen aan is. Hun vechtlust zal hierdoor vlug bekoelen.
… zij gericht gevoederd kunnen worden
Als de verzwakte nieuwkomers direct worden bloot gesteld aan de voedselconcurrentie dan zal dit vaak in hun nadeel beslecht worden. In het introductiebakje kunnen zij op krachten komen: geen vis die hen stoort en het eten dat aan het bakje wordt toegevoegd is enkel bereikbaar voor hen.
… zij goed geobserveerd kunnen worden
Nieuwkomers werden tot op het moment van introductie in je aquarium zwaar op de proef gesteld: verschillende malen gevangen en getransporteerd worden en steeds moeten wennen aan steeds wijzigende waterkwaliteiten. Je zou voor minder het loodje leggen. Dit tast het immuniteitssysteem van de dieren aan wat aanleiding kan geven tot ziektes. Indien de dieren direct aan het aquarium worden toegevoegd en zij zich tijdens de eerste dagen verschuilen achter de decoratie dan is het moeilijk te achterhalen of de vissen al dan niet in orde zijn. In het introductiebakje zijn ze ten alle tijden zichtbaar en kunnen tot in detail geïnspecteerd worden op kwalen. En dit brengt ons bij het laatste voordeel.
… zij gemakkelijk kunnen verwijderd worden bij problemen (ziekte, sterfte, …)
Niets is zo vervelend als het moeten verwijderen van dieren en toch zeker als er een overvloed aan decoratiematerialen aanwezig is. Sowieso doe je er best aan om zo min mogelijk met je armen (en netje) in het aquarium te zitten. Dit leidt steeds tot stress bij de vissen en bij vuile armen kan dat leiden tot verslechterde waterkwaliteit. Het introductiebakje hangt bovenaan het aquarium en de inhoud ervan is makkelijk bereikbaar.
300 gaten
Zoals eerder aangehaald is het mogelijk om de standaard bevallingsbakjes aan te schaffen. Ze zijn goedkoop, niet al te groot en kunnen meestal gecompartimenteerd worden. Toch zijn er enkele nadelen aan verbonden: voor grotere dieren zijn ze niet geschikt, ze maken gebruik van luchtreservoirs om te drijven waardoor je geen extra decoratie – lees gewicht - (steen of hout om de dieren houvast te geven of schuilplaatsen) kan plaatsen en als je ze niet bevestigt, drijven ze heel het aquarium rond waarbij de nodige beschadigingen kunnen optreden.
Deze nadelen zijn alle van toepassing op mijn zeeaquarium en daarom besloot ik op aangeven van een collega-aquariaan om zelf een bakje te maken. Hiervoor schafte ik een plexiglas aquarium aan met afmetingen 35 x 20 x 20 cm., plexiglasplaat en een pvc-buis met diameter 18 mm. Met een boormachine werden in de bodem en zijwanden in totaal 300 gaten geboord met een diameter van 5 mm. In de zijwanden voornamelijk om voldoende stroming te voorzien; in de bodem om het overtollige voedsel af te voeren naar het aquarium waar sowieso genoeg gegadigden te vinden zijn. Tegen de zijwanden werden twee plaatjes geplakt met een gat van 25 mm. Hiermee wordt de afstand tussen het wateroppervlak en de ophangbuis overbrugt zodat er minimale waterhoogteverlies in het bakje zelf is. De lengte van de pvc-buis wordt bepaald door de afstand tussen de twee trekstrippen waarop de buis rust.
Het systeem werkt naar volle tevredenheid met misschien 1 minpuntje: aangezien het bakje boven in het aquarium hangt, zijn er bij de introductie van bijkomende bodembewoners nog wel wat strubbelingen te verwachten nadat de nieuwelingen worden los gelaten. De andere voordelen echter blijven wel bestaan.
Op de foto ziet u de voorrode koraalklimmer wennen aan de nieuwe waterwaarden. Een stukje levend steen zal dienen als zijn uitkijkpost.