Portaalsite voor de échte zeeaquariaan

Zoeken op de site

Octocorallia of zachte Koralen.

 

Systematiek:

Stam: Cnidaria  (Neteldieren)        

Klasse: Anthozoa                  

                   Onderklasse: Octocorallia                           

Orde:  Alcyonacea

                                      Pennatulacea

                                      Stolonifera

                                      Gorgonacea                     

                           

Kenmerken en gedragingen:

Het belangrijkste kenmerk van de meestal kolonievormende achtstralige bloemdieren is dat de verschillende onderdelen van het lichaam in achtvoud aanwezig zijn.

Zo heeft elke poliep  acht tentakels, al is dit niet altijd gemakkelijk te herkennen. Er zijn ook bijna altijd kleine skeletdeeltjes in het weefsel aanwezig. Deze deeltjes zijn zo klein dat ze praktisch alleen met een microscoop te zien zijn. 

Daar de vorm en de structuur van deze naalden van soort tot soort verschillen, kunnen ze bij de determinatie van de soorten goede diensten bewijzen.

De maagholte wordt door acht sarcocepten (tussenschotten) in even zo vele gastrale kamers of vakken verdeeld.

Acht sierlijk geveerde tentakels omzomen de mondschijf.

Er zijn thans ca. 2500 soorten bekend. 

Ze worden onderverdeeld in vier grote groepen, naargelang hun bouw.

1)     De Alcyonacea: vormen kolonies met een dikke vlezige structuur, zoals vb. de Dodemansduim. Ze hebben een hydroskelet wat wil zeggen dat ze uitzetten door de opname van water.

2)     De Pennatulacea  of zeeveren. Komen meestal voor op zeer grote diepten.

3)     De Stolonifera  of Orgelpijpkoralen. Bestaan uit poliepen aan stolonen die zijn vastgehecht aan het substraat.

4)     De Gorgonacea of Hoornkoralen. Deze worden gevormd door de kenmerkende takjes aan een centraal skelet, dat omgeven is door weefsel. Het skelet bestaat uit een hoornachtige stof, gorgonine genaamd, of uit kalk zoals bij het Bloedkoraal.

De grootste vormen vinden we in deze groep. Er zijn kolonies van wel 3 meter  lengte.

Een van de bekendste vorm van de eerste groep de Alcyonacea, is de Dodemansduim of Alcyonium digitatum.

De kolonies bestaan uit vlezige, gelobde massa’s. Kolonies hebben vaak een twaalftal lobben. Groeit meestal op lege mosselschelpen en op stenen. Moet in een NOORDZEE-aquarium gehouden worden. De kleur kan variëren van spierwit, geelachtig, oranjerood en purper.

 Op de afbeelding zien we een poliep van een achtstralig koraal zowel de bovenzijde als het zij aanzicht.

Hierin bemerken we als (a)  de tentakels met  (b)  de veertjes  en de sclerieten (c).

Dit is de meest voorkomende vorm, doch er komen ook  vele afwijkende vormen voor.

Alcyonium digitatum heeft een duidelijke voorkeur voor een sterke stroming

Van Noord-Portugal tot IJsland.

In de Middellandse Zee komt een nauw verwante soort voor, namelijk Alcyonium palmatum op diepten van 20 – 200 meter.

Ook in de Middellandse Zee komt de Rode Dodemansduim  Alcyonium glomeratum voor.

De kolonies bevatten soms 20 tot 30 “vingers” en kunnen tot 20 cm hoog worden. Ze zijn meestal rood- tot roestkleurig. De witte poliepen staan minder dicht opeen dan die van A. digitatum. Dit zachte koraal is voornamelijk te vinden op beschutte plaatsen in sterk stromend water, vaak onder overhangende rotsen en bij de ingang van grotten.

De tweede groep wordt gevormd door de Pennatulacea of Zeeveren.

Deze behoren ongetwijfeld tot de merkwaardigste vormen onder de achtstralige koralen.

Ander dan bij de overige achtstraligen zijn hun vlezige kolonies niet op een substraat vastgehecht, maar steken er los in. Met de dikke steel verankeren de zeeveren zich in het zand of slik. De poliepen zitten soms tot “veerbaarden” vergroeid aan de schacht.

Ze komen voor in levendige keuren zoals geel, oranjerood, bruin en purperrood.

Verschillende soorten komen voor in de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan, namelijk de geel tot oranjerode  Virgularia mirabilis, de roze Veretillium cynomorium en de veelkleurige Funicula quadrangularis en ook de veel voorkomende Grijze Zeeveer  Pteroides griseum.

De Stolonifera  vroeger  Tubiporidae vormen de derde groep.

De kolonies zijn knolvormig en zo groot als een hoofd. Ze bestaan uit een aantal rode, ca. 20 cm lange buisjes met een doorsnede van 1 a 2 mm. De poliepen zijn groenachtig zodat wanneer ze “bloeien”, ze een schitterend kleurenspel vertonen. De buisjes die evenwijdig aan elkaar liggen hebben deze koraalvorm zijn naam Orgelpijpkoraal gegeven.

De bekendste soort uit deze groep is Tubipora purpurea, waarvan  we vroeger allemaal  de wijnrode, doch dode koraalskeletten  als versiering in onze aquaria hadden staan. De levende dieren in onze aquaria in leven houden is echter een andere zaak. Deze dieren zijn redelijk moeilijk in onze aquaria te houden.

Als laatste groep bespreken we de Gorgonacea of Hoornkoralen.

Voor de verzorging van deze dieren moeten we deze in twee grote groepen indelen, nl. deze die in symbiose leven met zooxanthellen en deze die niet met zooxanthellen leven.

De kolonies van de Gorgonacea hebben bijna allen een inwendige as van een hoornachtige stof, het gorgonine. De meestal buigzame, elastische as is omgeven door een levende “schors” waarin zich de poliepen bevinden. De min of meer vertakte groeiwijze van de kolonies is zeer verschillend van vorm. Sommigen hebben een dikke hoofdas en dunne zijtakjes, zodat ze op een vogelveer gelijken, anderen hebben meer hoofdassen en lijken op vertakte struiken of boompjes.

In water met een sterke stroming staan de kolonies dikwijls loodrecht op de stroomrichting, zodat het voedsel, meestal microplankton, als een staand net gevangen kan worden.

Gorgonacea hebben ook directe vijanden, die zich met de poliepen en het schorsweefsel voeden. De zeeslak Duvaucelia odhneri leeft waarschijnlijk uitsluitend op het koraal Eunicella verrucosa. De slak heeft dezelfde vorm als de poliepen en dezelfde kleur als de koraaltakjes.

De takjes van deze koralen worden ook in de souvenirindustrie in enorme hoeveelheden verwerkt, zodat vele soorten met uitroeiing bedreigd worden.

Het bekendste voorbeeld is hier Corallium rubrum het overbekende Bloedkoraal. Zijn skelet bevat geen gorgonine en is daardoor hard als steen.

Meestal hebben de kolonies een hoogte van 10 tot 40 cm, de takken zijn aan de basis tot 4 cm dik.

Sommigen bereiken een hoogte van een meter en wegen tot 40 kg.

Dit koraal wordt door duikers en toeristen zo sterk belaagd dat in uitgestrekte gebieden langs de Franse, Italiaanse, Joegoslavische en Spaanse kusten bijna geen takje Bloedkoraal meer te vinden is.( enkel nog op grote diepte +70 m kan je nog hele bossen tegenkomen)

Voor het aquarium is C. rubrum ook niet zozeer geschikt. Het is zeer moeilijk in leven te houden.

Dit geldt voor de meeste hoornkoraalsoorten.

Willen we toch hoornkoralen in het aquarium houden dan beperken we ons tot volgende soorten, die wel met succes in het aquarium houdbaar zijn.

De soorten van de familie Plexauridae , vb.  Eunicella cavolinii, E. singularis,  E. verrucosa,  Muricea muricata, Plexaura flexuosa, Plexaurella dichotome en Plexaurella nutans kunnen we, mits het in acht nemen van enkele regels met enig succes houden.

Over het algemeen houden we voor ogen dat deze dieren een middelmatige tot sterke stroming nodig hebben. De temperatuur moet zich tussen de 20 en 26 graden bevinden en mag in geen geval de 28 graden overschrijden.

Het zoutgehalte houden we tussen  S.G. 1.021 en 1.025.

Maximum nitraatwaarde = 100 mg/l  de optimale waarde ligt wel een stuk lager.

Het Calciumgehalte in het water zou 400 mg/l moeten bedragen.

Deze wondermooi  bloemdieren zijn echter niet voor de beginnende zeeaquariaan geschikt. Zelfs zeer gevorderde aquarianen hebben er hun handen mee vol.

Bij aankoop moet men er ook op letten dat de kolonie volledig met water bedekt blijft. Stukken die tijdens het transport droog komen te staan sterven onherroepelijk af.

Jennes Rudy.

 

 

Inloggen Registreren

Uw account aanmelden

Gebruikersnaam *
Paswoord *
Onthoud mij

Account aanmaken

Velden met een sterretje (*) zijn verplicht.
Naam *
Gebruikersnaam *
Paswoord *
Herhaal paswoord *
E-mail *
Herhaal e-mail *

Foto van de maand

Centropyge Foto Tanne Hoff

Een koppel Rainfordia opercularis in het kweekaquarium van De Jong Marinelife tijdens het bezoek van het ReefSecrets-team in april 2012

Foto: Patrick Scholberg